Yasmien Naciri
Al van kindsaf was ik iemand die veel vragen stelde. Vragen over dagelijkse dingen, vragen over het leven en de dood, vragen over uitdagingen waar we als gezin en samenleving mee worden geconfronteerd. Maar ook de meest absurde vragen die ik me kon bedenken. Zo kon ik me uren bezighouden met de vraag waarom een tafel een tafel is en niet een stoel of een toektoek. Hoe taal tot stand is gekomen en waarom dat op elk continent anders is. Wie kwam op het idee om een tv in elkaar te steken en hoe krijgen we beelden over heel de wereld te zien? Hoe komt het dat we regelmatig in- en uitademen en onze organen blijven werken zonder dat we het zelf beseffen en waarom is pijn voor iedereen anders. Waarom heb ik het gevoel dat dieren ons begrijpen, maar wij hen niet. En waarom blijft ons brein voor enkele minuten actief nadat we dood zijn? Bevinden we ons dan gedurende die minuten 'ergens' of helemaal niet? Op al die vragen zocht ik een antwoord en die antwoorden zocht ik dan weer overal. Bij mensen, bij verschillende levensbeschouwingen, maar ik vond ze nergens. Niets kon en kan mijn honger zo goed stillen als wetenschappelijk onderbouwde bevindingen. Wetenschap maakt ons ook klein en nederig, doordat we gewezen worden op de beperktheid van ons denken en tegelijk de grootsheid van zij die blijven zoeken naar antwoorden. Ik steun de Universiteit van Vlaanderen omdat ik het fantastisch vind hoe toegankelijk de informatie is. Veel mensen denken dat wetenschap niets voor hen is. Dat een universiteit of het begrijpen van complexe materie niet voor hen is weggelegd. Helaas leidt dat tot verlies van heel wat potentieel en klopt dat ook niet. Informatie zou voor iedereen toegankelijk moeten zijn en het is een extra pluspunt als deze informatie ook behapbaar is voor de mensen die niet het geluk hebben gehad om zich te verdiepen in de materie of om verder te studeren. Daarnaast helpt deze toegankelijkheid ook het bestrijden van onwetendheid en hoe kan je dat dan niet steunen?